het hoofd
Waar is het hoofd?
de hand
a.d.h.v.
Wat is er aan de hand?
de kop
Hoe doe je dat met je hand?
de ogen
hun ogen
groene ogen
het hart
Tom woont in het hart van de stad.
hoofdstad
hartaanval
handschoen
hoofdpersoon
Tom heeft een mes in zijn hand.
de voeten
de handen
hoofdgerecht