Understand spoken Dutch

"are (2nd person singular)" Practice Dutch lesson

Recording English Sort descending Dutch Status
Are you allergic to any medication?

Bent u allergisch voor bepaalde geneesmiddelen?

Are you allergic to this medicine?

Bent u allergisch voor dit geneesmiddel?

Do your parents know where you are?

Weten je ouders waar je bent?

How old are you? (formal)

Hoe oud bent u?

I promise you that you are safe.

Ik beloof je dat je veilig bent.

I think you’re old enough.

Ik denk dat je oud genoeg bent.

if you are good

als je goed bent

If you will be hard on yourself, life will be easy on you.

Als je hard voor jezelf bent, zal het leven gemakkelijk voor je zijn.

Is that why you’re single?

Is dat waarom je vrijgezel bent?

I’d like to know what you plan to do.

Ik zou willen weten wat je van plan bent.

They tell me that you’re absent-minded.

Ze zeggen me dat je verstrooid bent.

What are you interested in?

Waar bent u in geïnteresseerd?

When renting or letting a property, you are legally obliged to have a description of the building drawn up.

Bij het huren of verhuren van een pand bent u wettelijk verplicht om van het gebouw een plaatsbeschrijving te laten opstellen.

you are

jij bent

You are all together, right?

Je bent toch allemaal wel bij elkaar?

You are also required to submit your child’s school attendance four times a year.

Je bent ook verplicht de schoolaanwezigheid van je kind vier keer per jaar in te dienen.

You are definitely out of your mind.

Je bent zeker niet goed bij je verstand.

You are famous.

Jij bent beroemd.

You are late.

Je bent laat.

You are responsible for the quality of the product on a functional and non-functional level.

Je bent verantwoordelijk voor de kwaliteit van het product, op functioneel en niet-functioneel vlak.