Tom keek argwanend toe.
Zij werden onbeleefd bejegend.
De klant werd onbeleefd bejegend.
Tom keek argwanend naar de lange man.
En toen deed zich andermaal een knal horen.
De pleegouders zorgen liefdevol voor het kind.
Ik was een kind, hoe kon ik weten dat dat voorgoed voorbij zou gaan
Toen zij het huis uitging, had zij weliswaar pantoffels aangehad
En terstond vloog er een oude eend naar het arme beest toe en beet het in de nek.
En uit het geboomte kwamen eensklaps drie prachtige witte zwanen te voorschijn