Audio - Google text-to-speech

English Sort descending	Dutch	Learn
What’s the name of your child?	Hoe heet uw kind?	Learn
What’s the soup of the day?	Wat is de soep van de dag?	Learn
What’s their purpose?	Wat is hun doel?	Learn
What’s tormenting you?	Wat zit je dwars?	Learn
What’s wrong?	Wat zit je dwars?	Learn
What’s your height?	Wat is je lengte?	Learn
What’s your phone number?	Wat is je telefoonnummer?	Learn
What’s your surname?	Wat is je achternaam?	Learn
wheat	tarwe	Learn
wheel	wiel	Learn
when	waarop	Learn
When a fool is silent, he may be considered wise.	Als de dwaas zwijgt, kan men hem voor wijs houden.	Learn
When are the meetings?	Wanneer zijn de bijeenkomsten?	Learn
When are the meetings?	Wanneer zijn de vergaderingen?	Learn
When are we going to Lyon?	Wanneer gaan we naar Lyon?	Learn
When are we going to the beach?	Wanneer gaan we naar het strand?	Learn
When are we going to the restaurant?	Wanneer gaan we naar het restaurant?	Learn
When are you coming back?	Wanneer kom je terug?	Learn
When are you getting your hair cut?	Wanneer laat jij je haar knippen?	Learn
When are you going to Paris?	Wanneer ga je naar Parijs?	Learn