Audio - Google text-to-speech

English Sort descending	Dutch	Learn
What are you drinking?	Wat drink je?	Learn
What are you giving me?	Wat geef je mij?	Learn
What are you guys whispering about?	Waarover zitten jullie te fluisteren?	Learn
What are you interested in?	Waar bent u in geïnteresseerd?	Learn
What are you selling?	Wat verkoop je?	Learn
What are you watching?	Wat kijk je?	Learn
What are your expectations financially after you retire?	Wat is je verwachting op het financiële vlak na je uittrede?	Learn
What are your recommendations?	Wat zijn uw aanbevelingen?	Learn
What can I say?	Wat kan ik zeggen?	Learn
What colour are his eyes?	Welke kleur zijn zijn ogen?	Learn
What colour are your bedroom walls?	Welke kleur hebben de muren van je slaapkamer?	Learn
What colour are your eyes?	Welke kleur hebben je ogen?	Learn
What colour house do you like?	Welke kleur huis vind je mooi?	Learn
What colour is his hair?	Welke kleur heeft zijn haar?	Learn
What colour is your hair?	Welke kleur heeft je haar?	Learn
What country are you from?	Uit welk land kom je?	Learn
What day is it tomorrow?	Welke dag is het morgen?	Learn
What day is it?	Welke dag is het?	Learn
What day is today?	Welke dag is het vandaag?	Learn
What did John sing on the stage?	Wat heeft John op het toneel gezongen?	Learn