Audio - Google text-to-speech

English Sort descending	Dutch	Learn
We’re not deaf.	We zijn niet doof.	Learn
We’re on our way home.	We zijn op weg naar huis.	Learn
We’re safe here.	We zijn hier veilig.	Learn
We’re telepathic.	We zijn telepathisch.	Learn
We’re under attack.	We worden aangevallen.	Learn
We’ve almost finished.	We zijn bijna klaar.	Learn
We’ve consulted with experts.	We hebben deskundigen geraadpleegd.	Learn
We’ve got five cats.	We hebben vijf katten.	Learn
We’ve got to start somewhere.	We moeten ergens beginnen.	Learn
We’ve lost a lot of customers.	We hebben veel klanten verloren.	Learn
What a beautiful garden.	Wat een prachtige tuin.	Learn
What a big dog!	Wat een grote hond!	Learn
What a fool!	Wat een dwaas!	Learn
What a hypocrite!	Wat een huichelaar!	Learn
What are the different options?	Wat zijn de verschillende opties?	Learn
What are the months of the year?	Wat zijn de maanden van het jaar?	Learn
What are the remaining options?	Wat zijn de overige opties?	Learn
What are the working conditions?	Hoe zijn de arbeidsomstandigheden?	Learn
What are their names?	Wat is hun naam?	Learn
What are their policies?	Wat is hun beleid?	Learn