Audio - Google text-to-speech

English Sort descending	Dutch	Learn
the simple past tense	de onvoltooid verleden tijd	Learn
the sitting room	de zitkamer	Learn
The situation felt uncomfortable for everyone.	De situatie voelde voor iedereen onbehaaglijk aan.	Learn
The situation is getting trickier.	De situatie wordt steeds listiger.	Learn
the slate is clean but falling apart	de lei is schoon maar valt uit elkaar	Learn
the smell	de geur	Learn
the snake charmer	de slangenbezweerder	Learn
the snow thickness	de sneeuwdikte	Learn
the snow-white owl	de sneeuwwitte uil	Learn
the snowflakes	de sneeuwvlokken	Learn
The snowflakes covered her long blond hair (paragraph)	De sneeuwvlokken bedekten haar lang blond haar	Learn
The snowflakes covered her long blond hair, which flowed to her shoulders in beautiful locks; but she did not think of it.	De sneeuwvlokken bedekten haar lang blond haar, dat in prachtige lokken op haar schouders neergolfde; maar daaraan dacht zij niet.	Learn
the society	de samenleving	Learn
The software has been updated.	De software is bijgewerkt.	Learn
The software is tailored to the user's needs.	De software is afgestemd op de behoeften van de gebruiker.	Learn
the solar system	het zonnestelsel	Learn
the soldier	de soldaat	Learn
The soldiers divided the plunder.	De soldaten verdeelden de buit.	Learn
the solemn graduation ceremony	de plechtige afstudeerceremonie	Learn
The sound of roaring engines is disturbing for local residents.	Het geluid van ronkende motoren is storend voor buurtbewoners.	Learn