“Kwak, kwak! Gaat maar met mij mee, dan zal ik je in de grote wereld brengen en je in de eendenkooi voorstellen: maar zorgt, dat je dicht in mijn nabijheid blijft, en neemt je voor de kat in acht!”
Waarom wil je Portugees leren?
Wie is jouw favoriete muzikant?
Tom wil een pony kopen voor zijn zoon.
Ze wacht op de knappe, blonde prins.
Deze wagen heeft een diesel motor.
We weten niets over Istanboel.
Ik heb een klein stuk karton nodig.
Ze kon haar knieën voelen trillen.
Het is voor herhaling vatbaar.
Mijn hart ging echt immens tekeer.
De gewassen hebben regen nodig.
Hij heeft een wet overtreden.
Het maakt niet uit welk team de wedstrijd wint.
Kan ik in mijn kamer ontbijten?
Zilver is veel goedkoper dan goud.
Voel je de drang om vaker te plassen?
Rupsen kruipen vaak op bladeren.
Haar haren zijn golvend en blond.
De jury zal eerlijk vonnissen.