knaagdier
Het voelt echt.
Knelt de schoen?
Draag je een bril?
Ik poets de keuken.
Praat niet zo snel.
Het knelt de schoen.
Hij balde zijn vuist.
Soms knelt de schoen.
Draag je vaak een hoed?
Praat nu niet met haar.
De uilen jagen ’s nachts.
Dit voelt als een kaakslag.
Uilen jagen vooral ’s nachts.
Ik poets de keuken bijna elke dag.
Poets je schoenen vooraleer weg te gaan.
De loopbaan van een arts vergt toewijding.