"Tom’s" Practice Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	You’re Tom’s friend, right?	Jij bent Toms vriend, toch?
	I found out who Tom’s father is.	Ik ben erachter gekomen wie Toms vader is.
	Tom’s house is by the sea.	Toms huis is vlak bij de zee.
	I know Tom’s secret.	Ik weet Toms geheim.
	I discovered Tom’s secret.	Ik heb Toms geheim ontdekt.
	Tom’s parents only stayed together for the sake of the children.	Toms ouders bleven alleen samen ter wille van de kinderen.
	Tom’s dog was barking at Mary.	Toms hond blaft naar Mary.
	Tom’s grandfather was a slave.	Toms grootvader was een slaaf.
	Tom’s recovery took a year.	Toms herstel heeft een jaar geduurd.
	Tom is scheduled to be sentenced on October 20th.	Toms veroordeling staat gepland op 20 oktober.
	Tom’s inappropriate behaviour was widely reported in the press.	Overal in de pers werd uitvoerig bericht over Toms grensoverschrijdend gedrag.