een afscheidsbrief
Er is maar één winkel die dit boek verkoopt.
Tom heeft afgelopen zomer leren zwemmen.
De omstandigheden zijn veranderd.
Heeft u het bewustzijn verloren na het ongeluk?
een tegenaanwijzing
Jij weet meer over Tom dan wie dan ook.
met de term Israëlische nederzetting
Jan werkt in de meubelfabriek.
Tom kan me beter doen voelen na een slechte dag.
Tom en Mary wonen op dezelfde verdieping.
Ik weet dat zij met veel toewijding God dienen.
het ruggenmergletsel
Het plan is nog niet goedgekeurd.
Tom geeft volgende week zaterdag een feestje.
Hier woonde een oude vrouw met haar kater en haar kip.
De viool, de piano en de harp zijn muziekinstrumenten.
De viool is een snaarinstrument met vier snaren.
Waar vind ik een geldautomaat?
Ik heb een tandenborstel nodig.