hier
Hij was eens hier.
Ze wist niet wat ze hier zou kunnen doen.
Wie werkt hier?
Het is hier koud.
Jan werkt hier.
Wat doet Jan hier?
voordat ze hier kwam
Hier zullen ze ons nooit vinden.
Yanni is hier met Skura.
Doe gewoon alsof we hier niet zijn.
Niet iedereen die hier woont, is rijk.
Yanni is veilig hier.
Vertel niemand dat ik hier ben.
We moeten hier nu weg.
Mogen we hier zitten?
Hoe lang moeten we hier wachten?
Tom zei dat ik hier moest wachten.
Tom is hier langer geweest dan Mary.
Zowel Tom als Maria zijn erg gelukkig hier.