Understand spoken Dutch

"who" Practice Dutch lesson

Recording English Sort descending Dutch Status
Course for those who commit a minor offence

Cursus voor wie lichte overtreding begaat

Dries Buytaert is unknown to many, but whoever uses the Internet, comes into contact every day with his work.

Dries Buytaert is voor velen een onbekende, maar wie het internet gebruikt, komt elke dag in aanraking met zijn werk.

I love you more than anyone else.

Ik hou meer van je dan van wie ook.

I tell you the truth, although you might find it unpleasant, but that is a proof of my friendship

Ik zeg je de waarheid, al vind je dit ook niet prettig, en daaraan kan men zien, wie zijn ware vrienden zijn

I wonder who’ll win.

Ik vraag me af wie er gaat winnen.

I wonder who’ll win.

Ik ben benieuwd wie er gaat winnen.

Those who misbehave during the lesson can clear off and do not have to come back.

Wie zich tijdens de les misdraagt, kan opkrassen en hoeft niet meer terug te komen.

Who am I to say that?

Wie ben ik om dat te zeggen?

Who are you afraid of?

Voor wie ben je bang?

Who are you?

Wie ben je?

Who built your house?

Wie heeft je huis gebouwd?

Who did that?

Wie heeft dat gedaan?

Who did Tom sell his farm to?

Aan wie heeft Tom zijn boerderij verkocht?

Who did you give the book to?

Aan wie heb je het boek gegeven?

Who did you go shopping with?

Met wie ben je gaan winkelen?

Who do I hear whistling?

Wie hoor ik fluiten?

Who is it?

Wie is het?

Who knows.

Wie weet.

Who ordered this?

Wie heeft dit besteld?

Who won the game?

Wie heeft de wedstrijd gewonnen?