Verbs (Present tense, 3rd person singular) 10 Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	The teacher controls the class.	De leraar beheerst de klas.
	He is undermining his colleagues’ trust.	Hij ondermijnt het vertrouwen van zijn collega’s.
	This measure undermines the rule of law.	Deze maatregel ondermijnt de rechtsstaat.
	Impunity undermines the legal system.	Straffeloosheid ondermijnt het rechtssysteem.
	busts	rolt op
	Tom knows me.	Tom kent me.
	to suffer from	last hebben van
	Tom doesn’t watch TV.	Tom kijkt geen tv.
	He never watches television.	Hij kijkt nooit televisie.
	My best friend dances really well.	Mijn beste vriendin danst goed.
	He reads a book while I work.	Hij leest een boek terwijl ik werk.
	the village youths stick together	de dorpsjeugd klit wat bij elkaar
	police round up international drug gang	politie rolt internationale drugsbende op