aanbelangen
aanschuiven
neerknallen
ontgoochelen
ontgrendelen
overbelasten
overeenkomen
versnipperen
overhandigen
geruststellen
onderscheppen
zich verloven
zich vermaken
zich vervelen
weerspiegelen
voorbijrijden
verwezenlijken
kwijt te raken
heropflakkeren
kwaad, pijn doen