Verbs (infinitives) 21 Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	to spread (long form)	te verspreiden
	to answer (long form)	te beantwoorden
	to discuss (long form)	te discussiëren
	to spend a holiday	vakantie doorbrengen
	I cannot imagine it.	Ik kan het me niet voorstellen.
	Mary spends hours in the bathroom.	Mary brengt uren in de badkamer door.
	Nobody can answer this question.	Niemand kan deze vraag beantwoorden.
	Nevertheless, the topic is worth discussing.	Desalniettemin is het thema het discussiëren waard.
	The teacher will encourage the students to ask questions.	De leraar zal de leerlingen aanmoedigen om vragen te stellen.
	“I had never imagined such happiness, when I was still an ugly duckling!”	«Zoveel geluk had ik mij niet kunnen voorstellen, toen ik nog een lelijk eendje was!»
	Whenever he comes up to Tokyo, he stays with us.	Telkens als hij in Tokio komt, brengt hij de nacht bij ons door.