Verbs (all parts) 24 Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	I took my revenge.	Ik heb wraak genomen.
	Please write your name in this book.	Schrijf alstublieft je naam in dit boek.
	to pose (long form)	te stellen
	to introduce (long form)	voor te stellen
	when we started	toen we begonnen
	You understand that, don’t you?	Je begrijpt dat toch?
	Who should we believe?	Wie moeten we geloven?
	I resigned.	Ik heb ontslag genomen.
	They never showed up.	Ze kwamen niet opdagen.
	Does everybody understand?	Begrijpt iedereen het?
	Some people danced.	Sommige mensen dansten.
	I’m contemplating doing that.	Ik overweeg dat te doen.
	Nobody’s going to believe this.	Niemand gaat dit geloven.
	Your daughter’s on drugs.	Je dochter gebruikt drugs.
	How do you use this card?	Hoe gebruikt men die kaart?
	Please consider it.	Overweeg het alsjeblieft.
	Nobody else showed up.	Niemand anders kwam opdagen.
	Tom couldn’t believe his eyes.	Tom kon zijn ogen niet geloven.
	He turned up an hour later.	Hij kwam een uur later opdagen.
	Tom doesn’t understand French very well.	Tom begrijpt Frans niet helemaal.