Understand spoken Dutch

Verbs (all parts) 141 Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	shut down (past participle)	stilgelegd
	brushed (past participle)	geborsteld
	defend (plural)	verdedigen
	to conquer	overwinnen
	violated	geschonden
	to satisfy	bevredigen
	stared	aanstaarde
	cut off	afgesneden
	expect	verwachten
	shifted	verschoven