"tea" Practice Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	the tea	de thee
	a tea	een thee
	tea with milk	thee met melk
	Coffee or tea?	Koffie of thee?
	Tom made tea for Mary.	Tom maakte thee voor Mary.
	A tea with milk, please.	Een thee met melk, alstublieft.
	Yanni is drinking green tea.	Yanni drinkt groene thee.
	Would you like coffee or tea?	Wilt u koffie of thee?
	tea with sugar	thee met suiker
	herbal tea	kruidenthee
	I’m making tea.	Ik ben thee aan het zetten.
	a cup of tea	een kop thee
	May I have a cup of tea?	Mag ik een kop thee?
	I stir my own tea.	Ik roer mijn eigen thee.
	a frugal sip of tea	een zuinig slokje thee
	He stirred the tea well.	Hij roerde de thee goed.