Prepositions Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	Lock the door before you leave.	Doe de deur op slot vooraleer je vertrekt.
	The barn is in the countryside.	De schuur staat op het platteland.
	Men can’t live without water.	Mannen kunnen niet leven zonder water.
	Tom opened the door and turned on the light.	Tom opende de deur en deed het licht aan.
	They cycled there and took the train back.	Ze gingen met de fiets heen en met de trein terug.
	He must be aware of the danger.	Hij moet zich bewust zijn van het gevaar.
	You don’t have to worry about a thing like that.	Je hoeft je niet over zoiets zorgen te maken.
	He spoke mockingly of her achievements.	Hij sprak spottend over haar prestaties.
	the leaves in the forest turned to yellow and brown	de bladeren in het bos werden geel en bruin
	Why don’t we ask Tom to help us?	Waarom vragen we Tom niet om ons te helpen?
	At four o’clock we are going to the swimming pool.	We gaan om vier uur naar het zwembad.
	she is of Spanish descent, which is why she is so fat	zij is van Spaanse afkomst, daarom is zij zo dik
	What is life without the radiance of love?	Wat is het leven zonder de glans van de liefde?
	I have a hole in my jeans.	Ik heb een gat in mijn spijkerbroek.
	He finished his homework at the last minute.	Hij maakte zijn huiswerk op het valreep af.
	There are trees on either side of the river.	Er staan bomen aan beide kanten van de rivier.
	I became a member of the club ten years ago.	Ik ben tien jaar geleden lid van de club geworden.
	Don’t worry, I’ll translate that for you.	Maak je geen zorgen, ik zal dat voor je vertalen.
	Mary is expecting a girl.	Maria is in verwachting van een dochter.
	My foot is so fat that it no longer fits in my shoe.	Mijn voet is zo dik dat hij niet meer in mijn schoen past.