Prepositions Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
Recording	Englishto catch (long form)	Dutchte pakken	Status
Recording	Englishto kiss (long form)	Dutchte kussen	Status
Recording	Englishto sing (long form)	Dutchte zingen	Status
Recording	Englishto complain (long form)	Dutchte vitten	Status
Recording	Englishto stab (long form)	Dutchte steken	Status
Recording	EnglishKeep your decency and bow to the old duck you see there: that is the most important of all; she is of Spanish descent, which is why she is so fat.	DutchHoudt je fatsoen en maak een buiging voor de oude eend, die je daar ziet: dat is de voornaamste van alle; zij is van Spaanse afkomst, daarom is zij zo dik.	Status
Recording	Englishto vibrate (long form)	Dutchte trillen	Status
Recording	Englishto guarantee	Dutchborg staan voor	Status
Recording	EnglishI’m behind him.	DutchIk sta achter hem.	Status
Recording	Englishpar excellence	Dutchbij uitstek	Status
Recording	Englishin the morning	Dutch’s morgens	Status
Recording	Englishin advance	Dutchvan tevoren	Status
Recording	Englishto enjoy (long form)	Dutchte genieten	Status
Recording	Englishto resolve (long form)	Dutchte oplossen	Status
Recording	Englishrespect for	Dutchrespect voor	Status
Recording	EnglishThey’re playing in the yard.	DutchZe spelen in het erf.	Status
Recording	Englishon the ceiling	Dutchop het plafond	Status
Recording	Englishin the north	Dutchin het noorden	Status
Recording	EnglishRepeat after me.	DutchHerhaal na mij.	Status
Recording	Englishin the future	Dutchin de toekomst	Status