People 7 Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	the apostle	de apostel
	the bastard	de smeerlap
	the beggar	de bedelaar
	that bastard	die smeerlap
	a beggar	een bedelaar
	the personnel	het personeel
	the wife	de echtgenote
	the employees	de werknemers
	he has a little brother	hij heeft een broertje
	My girlfriend is from Boston.	Mijn vriendin komt uit Boston.
	My girlfriend is on her period and is staying home.	Mijn vriendin is ongesteld en blijft thuis.
	Allow me to introduce my wife to you.	Laat mij toe u mijn echtgenote voor te stellen.
	The customer was treated respectfully by the staff.	De klant werd respectvol bejegend door het personeel.
	Christine is fourteen years old and Marie is fifteen years old, like me.	Christine is veertien jaar oud en Marie is vijftien jaar oud, net als ik.
	To keep some 1,000 employees in line, requires a strict planning.	Zo’n 1000 werknemers in het gareel houden, het vereist een strakke planning.