Understand spoken Dutch

Nouns Examples Dutch lesson

Recording English Dutch Status
That type of book is basically worthless. Dat soort boeken is vrijwel waardeloos.
His wife is my Italian teacher. Zijn vrouw is mijn leerkracht Italiaans.
Did you manage to get a hold of Tom? Heb je Tom te pakken kunnen krijgen?
It went like that the first day, and later it got worse and worse. Zo ging het de eerste dag, en later werd het al erger en erger.
There’s only one shop that sells this book. Er is maar één winkel die dit boek verkoopt.
a counter-indication een tegenaanwijzing
You know more about Tom than anyone else does. Jij weet meer over Tom dan wie dan ook.
John works in the furniture factory. Jan werkt in de meubelfabriek.
Tom can make me feel better after a bad day. Tom kan me beter doen voelen na een slechte dag.
Are you allergic to this medicine? Bent u allergisch voor dit geneesmiddel?
I know that they serve God with great devotion. Ik weet dat zij met veel toewijding God dienen.
the spinal cord injury het ruggenmergletsel
The plan hasn’t been approved yet. Het plan is nog niet goedgekeurd.
Tom is throwing a party next Saturday. Tom geeft volgende week zaterdag een feestje.
Here an old woman lived with her cat and her chicken. Hier woonde een oude vrouw met haar kater en haar kip.
The violin is a string instrument with four strings. De viool is een snaarinstrument met vier snaren.
The violin, the piano, and the harp are musical instruments. De viool, de piano en de harp zijn muziekinstrumenten.
Where is an ATM? Waar vind ik een geldautomaat?
He likes to mock colleagues. Hij houdt ervan de draak te steken met collega’s.
I need a toothbrush. Ik heb een tandenborstel nodig.