de president
de beslissing
het vertrouwen
een beslissing nemen
Wie is de president van dit land?
Je kan hem vertrouwen dat hij zijn woord zal houden.
de rugzak
de gemeente
de hoogmis
gemeentehuis
het voorbeeld
het management
het instrument
schoolvoorbeeld
muziekinstrument
Hij gaf me een voorbeeld.
Ik zou nu liever management doen.
Je moet het goede voorbeeld geven.
Je moet het goede voorbeeld geven voor je kinderen.