Nature 3 Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	the thistles	de distels
	a field of thistles	een veld met distels
	I found thistles in the garden.	Ik vond distels in de tuin.
	a beach	een strand
	the beach	het strand
	on the beach	op het strand
	I go to the beach.	Ik ga naar het strand.
	Cows don’t eat thistles.	Koeien eten geen distels.
	When are we going to the beach?	Wanneer gaan we naar het strand?
	The moon is shining.	De maan schijnt.
	the moon	de maan
	gusts of wind	rukwinden
	the herbs	de kruiden
	herbal tea	kruidenthee
	the rock	de rots
	rock-solid	rotsvast
	the forests	de bossen
	the fungus	de schimmel
	athlete’s foot	voetschimmel
	many purple thistles	veel paarse distels