Miscellaneous 210 Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	to hit (long form)	te treffen
	the voices	de stemmen
	the lecture	het college
	the meadow	het weiland
	lecture hall	collegezaal
	to shave (long form)	om te scheren
	walk forward	vooruit lopen
	Tom hates shaving.	Tom haat scheren.
	a small meadow	een klein weiland
	I need to shave.	Ik moet me scheren.
	Tom kicked Mary.	Tom schopte Maria.
	Are these edible?	Zijn deze eetbaar?
	full steam ahead	volle kracht vooruit
	I’ve never liked you.	Ik heb je nooit gemogen.
	Advance two steps.	Ga twee stappen vooruit.
	Are starfish edible?	Zijn zeesterren eetbaar?
	Tom never liked Mary.	Tom heeft Mary nooit gemogen.
	The elegant lady ordered a glass of red wine.	De deftige dame bestelde een glas rode wijn.