"last" Practice Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	last year	het afgelopen jaar
	last Saturday	afgelopen zaterdag
	Tom learned to swim last summer.	Tom heeft afgelopen zomer leren zwemmen.
	The mass is over.	De mis is afgelopen.
	I moved to Boston last spring.	Ik ben afgelopen voorjaar naar Boston verhuisd.
	Where did you go last Sunday?	Waar ben je afgelopen zondag heen gebracht?
	It has not escaped anyone’s attention that energy costs have skyrocketed in recent months.	Het is niemand ontgaan dat de energiekosten de afgelopen maanden de pan uit rijzen.