de assistent
de rechters
de vertaler
de stagiair
de bediende
de knechten
een vertaler
Jij verrader!
Hij is een verrader geworden.
Mijn loopbaan begon als stagiair.
Een baard maakt je nog geen filosoof.
U mag de bediende van een ander niet beoordelen.
De koning stuurde zijn gezanten naar het buitenland.