Dates and times 1 Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	How it looked like now	Wat zag het er nu uit
	well now	welnu
	Why now?	Waarom nu?
	I’m free now.	Ik heb nu tijd.
	There is no school today.	Er is vandaag geen school.
	What day is today?	Welke dag is het vandaag?
	Today we have time.	Vandaag hebben we tijd.
	I’m not coming today.	Ik kom vandaag niet.
	this evening	deze avond
	What are you doing today?	Wat ga je vandaag doen?
	the evening	de avond
	See you tomorrow.	Tot morgen.
	good evening	goedenavond
	the day after tomorrow	overmorgen
	tomorrow evening	morgenavond
	What day is it tomorrow?	Welke dag is het morgen?
	evening meal	avondeten
	Is he working now?	Werkt hij nu?
	holiday days	vakantiedagen
	It has been open for two years now.	Het is nu twee jaar open.