Understand spoken Dutch

"comes (2nd and 3rd person singular)" Practice Dutch lesson

Recording English Dutch Status
A cat always lands on its feet. Een kat komt altijd op z’n pootjes terecht.
comes (2nd and 3rd person singular) komt
Dries Buytaert is unknown to many, but whoever uses the Internet, comes into contact every day with his work. Dries Buytaert is voor velen een onbekende, maar wie het internet gebruikt, komt elke dag in aanraking met zijn werk.
Every time he comes here, he orders the same dish. Telkens als hij hier komt, bestelt hij hetzelfde gerecht.
First come, first served. Wie eerst komt, eerst maalt.
He is coming to live with us. Hij komt bij ons wonen.
He often comes. Hij komt vaak.
Hello, madam, do you know when the bus is coming? Dag, mevrouw, weet u soms wanneer de bus komt?
He’s always short of money. Hij komt altijd geld te kort.
I didn’t want my mum to find out. Ik wilde niet dat mijn moeder erachter komt.
I hope he comes. Ik hoop dat hij komt.
I want you to come here. Ik wil dat je hier komt.
In legal proceedings, in absentia can be granted if a party does not show up. In een juridische procedure kan verstek verleend worden wanneer een partij niet komt opdagen.
Is this a bad time? Komt het nu slecht uit?
It’ll be fine. Het komt wel goed.
Line twelve only comes in half an hour, but line five should be here in three minutes. Lijn twaalf komt pas over een half uur, maar lijn vijf zou hier over drie minuten moeten zijn.
My mom will kill me if she finds out. Mijn moeder maakt me af als ze erachter komt.
Nobody will know. Niemand komt erachter.
Oh, look, there comes the bus! O, kijk, daar komt de bus al aan!
Please call me before you come. Gelieve me te bellen vooraleer je komt.