Understand spoken Dutch

Adjectives Examples Dutch lesson

Recording English Dutch Status
A second one was struck against the wall Een tweede werd tegen den muur afgestreken
Yanni was struggling with his own sexuality. Yanni worstelde met zijn eigen seksualiteit.
They scoffed at our efforts. Ze maakten onze inspanningen belachelijk.
I’ve been feeling depressed lately. Ik ben de laatste tijd neerslachtig.
The most beautiful flowers bloom at the edge of the ravine. Aan de rand van het ravijn bloeien de mooiste bloemen.
What is an important characteristic of yourself? Wat is een belangrijke eigenschap van jezelf?
a dark patchwork of fields and trees een donkere lappendeken van velden en bomen
But now she became colder, but she didn't dare to go home. Maar nu werd zij nog kouder, en naar huis durfde zij niet.
people with an underlying condition mensen met een onderliggende aandoening
Tom has an evil twin brother. Tom heeft een kwaadaardige tweelingbroer.
Has anyone ever told you that you snore when you sleep? Heeft iemand je ooit verteld dat je snurkt als je slaapt?
I have a natural ability in mathematics. Ik heb een natuurlijke aanleg voor wiskunde.
Where is the nearest train station? Waar is het dichtstbijzijnde station?
I am the guardian of my disabled brother. Ik ben de voogd van mijn gehandicapte broer.
The foster parents provide a safe home environment. De pleegouders bieden een veilige thuisomgeving.
A mention in the footnote is sufficient. Een vermelding in de voetnoot is voldoende.
This agreement becomes valid at midnight. Deze overeenkomst wordt geldig vanaf middernacht.
“You have to decide that for yourself,” continued the old duck and left. “Je moet het zelf weten,” hernam de oude eend en ging weg.
to paint a little een beetje te beschilderen
The foolish boy jumped from the high diving board. De dwaze jongen sprong van de hoge duikplank.