Adjectives 61 Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	credit cards	creditcards
	creamy	crème-achtig
	catch-up moment	inhaalmoment
	the saddest face	het sipste gezicht
	Come here, my darling.	Kom hier, mijn liefje.
	a frugal sip of tea	een zuinig slokje thee
	He has a lover in Paris.	Hij heeft een liefje in Parijs.
	He is very frugal, but not stingy.	Hij is erg zuinig, maar niet gierig.
	She had the saddest face Harry had ever seen.	Ze had het sipste gezicht dat Harry ooit gezien had.
	But now she became colder, but she didn't dare to go home.	Maar nu werd zij nog kouder, en naar huis durfde zij niet.
	It ran across fields and pastures; but there was such a violent storm that had trouble standing on its feet.	Het liep over veld en weiden; maar er woei zulk een hevige storm, dat het werk had om op zijn poten te blijven staan.