Audio - Google text-to-speech

English Sort descending	Dutch	Learn
I’m scared of dentists.	Ik ben bang voor tandartsen.	Learn
I’m selling a new car.	Ik verkoop een nieuwe auto.	Learn
I’m shocked.	Ik ben verbijsterd.	Learn
I’m sick.	Ik ben misselijk.	Learn
I’m slightly worried about him.	Ik maak me enigszins zorgen om hem.	Learn
I’m still alive.	Ik ben nog in leven.	Learn
I’m such a fool.	Ik ben zo’n dwaas.	Learn
I’m sure that Tom will explain it to you eventually.	Ik weet zeker dat Tom het je ooit zal uitleggen.	Learn
I’m sure we’re going to win.	Ik weet zeker dat we zullen winnen.	Learn
I’m terrified of dogs.	Ik ben doodsbang van honden	Learn
I’m the champion of my province.	Ik ben de kampioen van mijn provincie.	Learn
I’m the guilty one.	Ik ben de schuldige.	Learn
I’m the one who got beaten up.	Ik ben degene die in elkaar geslagen werd.	Learn
I’m thinking of going to Australia.	Ik overweeg naar Australië te gaan.	Learn
I’m thirty years old.	Ik ben dertig jaar oud.	Learn
I’m tired, but I still can’t fall asleep.	Ik ben moe maar ik kan nog niet slapen.	Learn
I’m used to it.	Ik ben eraan gewend.	Learn
I’m used to the noise.	Ik ben gewend aan het lawaai.	Learn
I’m used to this sort of thing.	Ik ben aan zoiets gewend.	Learn
I’m very sleepy.	Ik heb veel slaap.	Learn