Ze doet veel suiker in haar koffie.
Door de val brak hij een bot in zijn been.
Wat soort dingen doe je in je vrije tijd?
de bladeren in het bos werden geel en bruin
de boerenkind’ren in de klas
Mijn voet is zo dik dat hij niet meer in mijn schoen past.
Kunnen we in een rookvrije ruimte zitten?
Die man daar is dezelfde man die ik gisteren namiddag in het park zag.
“Kijk, zo gaat het nu in de wereld!” zei de moeder der eendjes, en zij stak haar snavel al uit, want zij wilde de palingkop ook wel hebben.”
in zicht
in het oosten
in het weekend
in de toekomst
Is er een TV in de kamer?
midden in de kring
Stopt deze bus in Brussel?
Er viel een vlieg in de melk.
Stopt deze trein in Brussel?
Ik viel in slaap terwijl ik tv keek.
De kapstok staat in de gang.