Ben jij moe?
chocoladefabriek
chocolademelk
Iedereen is moe.
groen licht
Hij komt altijd geld te kort.
volgende week
tweedehands
Zij heeft kort haar.
Tweede slag!
de chocolade
het chocolade ei
Tom eet geen chocolade.
Tom is moe, want hij werkt veel.
Waarom is Tom niet moe?
Yanni houdt van chocolade.