Understand spoken Dutch

Dutch-English Dictionary - W

0 (1) 1 (9) 2 (3) A (639) B (983) C (160) D (3449) E (1045) F (166) G (784) H (1894) I (1037) J (236) K (657) L (400) M (623) N (352) O (689) P (469) Q (2) R (336) S (966) T (939) U (163) V (1120) W (900) Y (88) Z (752)
Dutch Recording English Learn

Wanneer ga je in het huwelijksbootje stappen?

When are you planning to get married?

Wanneer ga je naar Wenen?

When are you going to Vienna?

Wanneer gaan de winkels open?

When do the shops open?

Wanneer gaan we naar het strand?

When are we going to the beach?

wanneer ik het geprint had

when I printed it

Wanneer kom je terug naar huis?

When do you return home?

Wanneer komt de kerstman?

When is Santa Claus coming?

Wanneer komt deze bus aan in Brussel?

When will this bus arrive in Brussels?

Wanneer komt deze trein aan in Brussel?

When will this train arrive in Brussels?

Wanneer laat jij je haar knippen?

When are you getting your hair cut?

Wanneer slapen uilen?

When do owls sleep?

Wanneer vertrekt de bus naar Brussel?

When does the bus for Brussels leave?

Wanneer vertrekt de trein naar Brussel?

When does the train for Brussels leave?

Wanneer we voor het donker thuis willen zijn, dan moeten we nu op pad gaan.

We have to leave now if we want to get home before dark.

Wanneer zal het volgende concert optreden?

When will the next concert happen?

Wanneer zijn de vergaderingen?

When are the meetings?

want

because

want de pijl had een pees in zijn hals getroffen

because the arrow had hit a tendon in his neck

want haar oude grootmoeder, de enige die haar ooit had liefgehad, maar die nu dood was, had haar verteld, dat er, als er een ster naar beneden valt, een ziel tot God opstijgt.

for her old grandmother, the only one who had ever loved her, and who had now passed away, had told her that when a star falls, a soul was going up to God.

want het was oudejaarsavond.

for it was New Year’s Eve.

want ziet, hoe rijk het leven is

because see how rich life is

want zij dachten, dat zij de helft waren, en verreweg de beste helft

for they believed themselves to be half the world, and the better half too.

wantrouwen

distrust

wapen

weapon

wapens

weapons

Wapenstilstand

Armistice Day

war

entangled

ware

true (long form)

Waregem

Waregem (town)

warempel

really; sure enough

waren

were

Waren mijn vragen lastig?

Were my questions difficult?

warm

warm

warmde

warmed

warme

warm (long form)

warme chocolademelk

hot chocolate